Voor veel mensen was hun huisdier tijdens de COVID-19-pandemie een belangrijke metgezel. Nu het normale leven voorzichtig opnieuw begint, hebben Britse onderzoekers een studie gepubliceerd waarin ze de gemelde veranderingen in het gedrag en het welzijn van de dieren onderzocht hebben. Een verrassend resultaat was dat een groter deel van de eigenaars van katten gemeld hebben dat hun kat aanhankelijker was geworden dan bij de eigenaars van honden en andere dieren. Bij katten werden er in het algemeen meer positieve veranderingen gemeld dan bij honden, en bij honden dan weer meer negatieve dan bij katten.  

Tijdens de lockdown van vorig jaar voerden Britse wetenschappers een onderzoek uit bij meer dan 5.000 eigenaars van gezelschapsdieren aan de hand van een vragenlijst. 

“Het wordt al lang erkend dat dat huisdieren het leven van mensen kunnen verrijken, maar het is ook zo dat het welzijn van gezelschapsdieren sterk beïnvloed wordt door het gedrag van hun eigenaars, en ook door hun fysieke en sociale omgeving”, zei professor Daniel Mills, een van de auteurs van de studie en een specialist in het gedrag van dieren aan de University of Lincoln. 

“Tijdens de lockdown kunnen onze huisdieren veranderingen ondervonden hebben, waaronder het feit dat hun eigenaars overdag meer thuis waren doordat ze tijdelijk werkloos waren of van thuis werkten, veranderingen in hun dagelijkse routine en een beperkte toegang tot dienstverlening voor dieren, zoals trainingsklassen of verzorging door een dierenarts”, zei hij. 

67 procent meldt een verandering in gedrag en welzijn

In het onderzoek meldde iets meer dan 67 procent van de eigenaars veranderingen in het gedrag en het welzijn van hun huisdieren tijdens de eerste fase van de lockdown. Bij veel dieren lijkt het welzijn verbeterd te zijn: minstens drie keer meer eigenaars meldden verbeteringen in de fysieke conditie van hun huisdier dan er achteruitgang meldden. 

Nu bleek uit de vrije commentaren die de deelnemers aan het onderzoek op hun vragenlijst konden schrijven, dat een verbetering van het welzijn in kleine dingen kan zitten. 

Eén vrouw schreef dat haar honden zich gelukkiger leken te voelen omdat voor leveringen aan huis niet meer aan de deur getekend moest worden, maar dat de pakjes achtergelaten werden op de oprit door de covid-maatregelen. “Ik denk dat mijn honden zich bedreigd moeten gevoeld hebben door vreemden die aan de deur kwamen”, zo schreef ze.  

Zowat een derde van de eigenaars van katten en honden rapporteerden dat hun dieren geen invloed hadden ondervonden van de lockdown, bij de andere diersoorten was dat 40 procent. 

Katten en honden

Bij de katten en honden die wel beïnvloed waren door de lockdown, was er een duidelijk verschil tussen de twee diersoorten: bij katten overheersten de positieve veranderingen terwijl er bij honden meer negatieve gevolgen gerapporteerd werden dan bij katten. 

Van de eigenaars die veranderingen zagen in het gedrag en het welzijn van hun huisdier sinds de lockdown, meldde meer dan een kwart, 27,5 procent, dat hun dier aanhankelijker was geworden. Katten hadden daarbij wel een duidelijke voorsprong op honden: bijna 36 procent van de katteneigenaars vond dat zijn dier aanhankelijker was geworden tegenover bijna 25 procent van de eigenaars van honden. 

Bovendien was dat bij de honden niet altijd positief: bij de commentaren waren er deelnemers die schreven dat hun hond nu wel erg veel aandacht nodig had en huilde als de eigenaars het huis verlieten, zelfs al was dat maar om in de tuin te werken waar de hond hen kon zien door het raam, of dat de hond zich erg ‘kleverig’ gedroeg tegenover de man des huizes en constant door hem gestreeld wilde worden. 

Een nog groter verschil was er tussen katten en honden bij de eigenaars die gemeld hadden dat hun huisdier socialer was geworden: dat was het geval bij 14 procent van alle dieren, bij iets meer dan 8 procent van de honden en bij maar liefst 25 procent van de katten. 

En zelfs bij gedrag dat toch eerder in de aard ligt van honden dan van katten, het volgen van hun baasje, was er een iets grotere verandering te zien bij de katten. Een derde van de eigenaars van alle dieren meldde dat hun dieren hen meer achternaliepen dan voor de lockdown, bij de honden was dat net geen 34 procent, bij de katten meer dan 35 procent. Overigens meldden ook 17,5 procent van de eigenaars van paarden, pony’s en andere boerderijdieren dat hun dieren hen meer volgden tijdens de lockdown. 

Zowat een kwart van de eigenaars rapporteerden dat hun huisdier meer ontspannen was, en dat was het geval bij iets meer eigenaars van katten dan van honden. Honden deden het dan weer iets beter dan katten, 1 procentpuntje meer, bij de vraag of huisdieren speelser of energieker waren geworden. 

Voor de rest hadden de honden vooral een voorsprong bij negatieve punten: 11 procent van de eigenaars meldde dat hun huisdier meer van streek leek, 5 procentpunt meer bij honden dan bij katten, en bijna 6 procent rapporteerde dat hun dier meer gespannen of angstig leek en daarbij waren er 3 procentpunt meer eigenaars van honden dan van katten. 5 procent van de hondeneigenaars meldden ook dat hun dier zich meer teruggetrokken gedroeg, tegenover 2 procent van de eigenaars van katten. 

De onderzoekers plaatsen wel een belangrijke kanttekening bij de resultaten: volgens hen kan de waargenomen toename in het aanhankelijke gedrag van katten het gevolg zijn van veranderingen in het gedrag van de baasjes, die zelf tijdens de lockdown meer behoefte kunnen gehad hebben aan gezelschap en knuffels.  

Geestelijke gezondheid

De onderzoekers onderzochten ook de invloed van de geestelijke gezondheid van de eigenaars op de veranderingen in het gedrag van hun huisdieren tijdens de lockdown. 

Uit een analyse van de antwoorden bleek dat eigenaars die al slechtere scores op het vlak van geestelijke gezondheid hadden voor de lockdown, minder negatieve veranderingen rapporteerden in het gedrag en het welzijn van hun gezelschapsdieren. Eigenaars die echter sinds de lockdown slechtere scores hadden behaald, meldden meer veranderingen, zowel positieve als negatieve. 

“Onze bevindingen wijzen erop dat een mindere geestelijke gezondheid de aandacht die men heeft voor zijn gezelschapsdier zou kunnen doen toenemen, en empathische betrokkenheid kan het rapporteren van elke verandering in het gedrag en welzijn van het dier, zowel positief als negatief, bevorderen”, zei doctor Emily Shoesmith, een van de auteurs en een onderzoeker in de Mental Health and Addiction Research Group van de University of York.

“De geestelijke gezondheid van de eigenaar heeft een onmiskenbaar effect op het welzijn en het gedrag van het gezelschapsdier en is duidelijk iets waar we rekening moeten mee houden als we uitzoeken wat het beste is voor de dieren waar we voor zorgen”, zei professor Mills. 

De studie van onderzoekers van het University College London en Queen’s University Belfast onder leiding van onderzoekers van de University of York en de University of Lincoln is gepubliceerd in het International Journal of Environmental Research and Public Health. Bronnen: de studie en een persbericht van de University of Lincoln.  

Bron: https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2021/06/29/zijn-katten-aanhankelijker-geworden-tijdens-de-lockdown/

Delen